In de online rubriek 'Even bellen met…' spreken we deze keer met stedenbouwkundige en landschapsarchitect Tom Bullens over zijn werk en hoe industriële woningen zijn projecten kunnen verrijken.
Hi Tom! Kun je iets over jezelf vertellen?
“Ik ben stedenbouwkundige en landschapsarchitect. Als directeur van Vollmer & Partners houd ik mij bezig met allerlei projecten: van woonwijken tot stedenbouw en zorgterreinen. Ik ben getrouwd, heb 2 kinderen en woon met veel plezier in Amersfoort.”
Uit welke projecten haal je het meeste plezier?
“Dat zijn de gelaagde puzzels waarin alles – natuur en maatschappelijke en menselijke behoeften – samenkomen. Het allermooiste vind ik als de oplossing van zo’n lastige puzzel ook nog eens simpel oogt. Dat geeft mij veel voldoening.”
Wat zijn de uitdagingen in de huidige stedenbouw?
“Er is grote woningbehoefte, dat is één. Tegelijkertijd is er de wens om het groen en de openheid in het landschap te behouden. Dat zorgt voor spanning, bijvoorbeeld in participatietrajecten.”
Hoe los je frictie op in dit soort projecten?
“Uiteraard in samenspraak met de betrokkenen. En ik denk dat het begint bij duidelijke keuzes en een heldere visie. Feit is dat ruimte in Nederland schaars is. Dan is het goed om keuzes te durven maken: waar komt natuur, waar bouwen we woningen en welke ruimte krijgt infrastructuur? Zodra dat is bepaald, is mijn ervaring dat creativiteit en lef tot mooie oplossingen kunnen leiden.”
Kan industriële woningbouw daarbij helpen? En zo ja, hoe?
“Sommige plekken vragen om een traditionele aanpak, bijvoorbeeld in een oude kern. Op andere plekken kan industriële woningbouw zeker helpen om tot goede stedenbouw en een mooi landschap te komen, waarin bestaande bouw en industriële bouw elkaar versterken. Een voorbeeld is een project in Harderwijk waaraan wij werken. Daar zorgen we met een mooie groenstrook voor een natuurlijke overgang van bestaand naar nieuw. Dat wordt door bewoners als prettig ervaren.”
Hoe kijk jij naar de industrialisatie van de woningbouw?
“Industriële woningbouw is een logische ontwikkeling. En vergis je niet, ook bij de woningbouw uit de jaren ’30 die nu zo geliefd is, werden al de eerste stappen gezet naar industriële bouw. Dat het nu veel breder wordt toegepast, is een goede stap om op de grote vraag te kunnen reageren. Zeker voor betaalbare woningen is traditionele bouw niet meer haalbaar en biedt de hoge kwaliteit van woningen geproduceerd in een fabriek een reële oplossing.”
Hoe kijk je tegen Fijn Wonen aan? Wat zijn opvallende zaken aan het aanbod?
“Fijn Wonen heeft een interessant product. Er zijn veel mogelijkheden om op een kostenefficiënte manier woningen te maken van hoge kwaliteit. Wat mij betreft gaan de opties op termijn nóg een stap verder. Ik ben bijvoorbeeld benieuwd wat Fijn Wonen eventueel in de toekomst qua parkeeroplossingen kan betekenen.”
Wat zou industriële woningbouw tot een succes maken, denk je?
“Succes hangt vooral samen met de leefomgeving rond de woning. Daar moeten mensen zich thuis voelen en goede, landschappelijke inpassing is dan minstens zo belangrijk. En uiteraard is het zaak om het product te blijven ontwikkelen, bijvoorbeeld met keuzemogelijkheden voor parkeeroplossingen en woonvormen.”